Wil jij gemakkelijk vragenlijsten sturen naar jouw doelgroep? Bekijk onze nieuwe vragenlijstensysteem!

Geschreven door: Dennis Hofs

 

Het SenSeeAct platform bevat een vragenlijstensysteem waarmee je, als onderzoeker of zorgprofessional, elke vragenlijst die je wilt, volgens een bepaald rooster, naar je eindgebruikers kunt sturen. Dit veelzijdige systeem kan gebruikt worden in vrijwel elk scenario met vragenlijsten, zoals de Experience Sampling Methode.

 

Hoe kan je dit gebruiken?

We hebben net een nieuwe webinterface gelanceerd waar je je eigen vragenlijsten en roosters kunt ontwerpen. Dit werkt samen met onze smartphone app waar je eindgebruikers de vragen kunnen beantwoorden, en waar ze een melding krijgen wanneer er een nieuwe vragenlijst voor ze klaar staat. De antwoorden worden veilig opgeslagen in het backend en je kunt op elke moment de data downloaden in ‘Mijn SenSeeAct’.

Je kunt het vragenlijstensysteem al gebruiken met je eigen installatie van onze open-source backend in combinatie met onze gratis smartphone app. Met deze optie blijf je volledig eigenaar van de data. Als je niet de vaardigheden of middelen hebt om je eigen backend te onderhouden, dan bieden wij ook hosting op onze servers aan.

Er zijn ook meer geavanceerde mogelijkheden. Het vragenlijstensysteem kan naadloos geïntegreerd worden in op maat gebouwde apps en webportals van ons platform. Hier zijn een paar opties:

  • Vragenlijsten combineren met andere modules zoals metingen van sensoren en wearables, of video-oefeningen.
  • De vragenlijsten inroosteren volgens algoritmes op basis van gebeurtenissen.
  • De vragenlijstdata tonen in aangepaste weergaven met aggregatie of integratie met andere data.
  • De vragenlijsten integreren in gesprekken met een virtuele agent.
  • Coaching of interventies bieden op basis van de gegeven antwoorden.

Wil jij hier meer over te weten komen? Bekijk onze instructievideo of neem contact met ons op!

20240806_senseeact-questionnaires
FOTO ERIC BRINKHORST

Dennis Hofs

E-mail: d.hofs@rrd.nl

Tel.: 088 087 5763

Hoe kunnen we re-integratie via het tweede spoor verbeteren? Maatwerk!

Geschreven door: Christiane Grünloh

 

In een samenwerking tussen Universiteit Twente, Roessingh Research and Development en Roessingh Arbeid, doken onderzoekers en de betrokken partijen samen in de vraag hoe re-integratie kan worden verbeterd. Dit was ter voorbereiding op een subsidieaanvraag voor het ontwikkelen en uitproberen van innovatieve aanpakken. Om dit idee goed op papier te zetten, zijn we met de betrokkenen in gesprek gegaan: ervaringsdeskundigen, vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers, en andere betrokken partijen (bijv. adviseur arbeid, arbeidsdeskundige, bedrijfsarts en beleidsadviseur).

Op basis van literatuur en de groepsgesprekken, hebben we een projectvoorstel uitgewerkt, in juli 2022 ingediend en ook in oktober 2022 in Utrecht gepresenteerd. Helaas viel ons idee niet onder de 7 gehonoreerde projecten (die hier zijn te vinden).

Niettemin hebben we uit de groepsgesprekken heel veel kennis kunnen ophalen. Deze hebben we in een white paper samengevat. De white paper is nu openbaar beschikbaar op Zenodo (Link). Wil jij meer weten over de sterke punten, zwakke punten, bevorderende factoren en belemmerende factoren van het re-integratietraject? Lees dan onze white paper!

Christiane Grünloh

Christiane Grünloh

E-mail: c.grunloh@rrd.nl

Tel.: 088 087 5723

Pharaon slotconferentie & ForItAAL in Florence

20240705_Pharaon Final Conference

Geschreven door: Christiane Grünloh

 

In de laatste week van juni hebben Kira Oberschmidt en Christiane Grünloh de slotconferentie van Pharaon in Florence bijgewoond. Pharaon is een grootschalig project dat wordt gefinancierd door het onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon 2020 van de EU (nr. 857188). Het project ging van start in december 2019 en eindigt in november 2024 (door een verlenging van één jaar). Wij waren enthousiast om de slotconferentie van Pharaon te houden in combinatie met ForItAAL (Forum of Italian Ambiant Assisted Living) – het programma zat goed vol.

 

De slotconferentie bood de gelegenheid om:

  • meer te leren over de Pharaon pilot resultaten en geleerde lessen, de impact van het project, en ervaringen van andere grootschalige pilots;
  • in contact te komen met de verschillende belanghebbenden; en
  • een discussie op gang te brengen en de diensten van het project te exploiteren.

 

We presenteerden de resultaten van de 6 pilots in 5 landen (Spanje (Murcia en Andalusië), Italië, Nederland, Slovenië, Portugal) in de sessie Innovation in Action: Pharaon pilot results. Aangezien Christiane de algemene pilootcoördinator is in dit project, was zij de sessievoorzitter en begeleidde ze het publiek door de presentaties en de vragen en antwoorden aan het einde. Christiane werd ook uitgenodigd om deel te nemen aan het panel van experts over Innovation Europe: achievements from large scale pilots. Hier presenteerde ze de geleerde lessen en beleidsaanbevelingen van het uitvoeren van actieonderzoek in de Pharaon-pilots (zie PDF (alleen beschikbaar in het Engels)).

 

Verder hadden wij 4 geaccepteerde papers bij ForItAAL die door Kira en Christiane zijn gepresenteerd:

  • Stakeholder Skill Training in Participatory Health Research: Themes and Topics for Future Research, door Kira Oberschmidt, Christiane Grünloh, Kevin Doherty, Ria Wolkorte, Sheree, May Saßmannshausen, Lara Siering, Åsa Cajander, Michal Dolezel, Svante Lifvergren, Karin van den Driesche
  • “I thought: everybody wants to participate, right?” - Exploring patient motivation for taking part in long-term qualitative research, door Kira Oberschmidt, Christiane Grünloh, Marijke Broekhuis, Michael Bui, Monique Tabak
  • They are the champions - identifying and supporting champions in eHealth Action Research projects, door Kira Oberschmidt, Christiane Grünloh, Mateja Erce, Francisco José Melero Muñoz, Elisabete Raquel Simão Pitarma, Monique Tabak
  • Novice action researchers’ theoretical understanding and practical implementation of action research in eHealth, by Kira Oberschmidt, Christiane Grünloh, Lex van Velsen

 

De laatste paper werd zelfs genomineerd als “ForItAAL Best Student Paper Award”!

We hadden zeer interessante discussies tijdens de Pharaon slotconferentie en ForItAAL. Wil je meer informatie over dit project of over deze papers? Neem dan contact op met Christiane Grünloh!

Christiane Grünloh

Christiane Grünloh                                      

E-mail: c.grunloh@rrd.nl

Tel.: 088 087 5723

Inschrijving Masterclass maatschappelijke impact is geopend!

In de zorg en sociale domein wordt het steeds belangrijker om precies te weten wat de maatschappelijke impact van een innovatie is. Deze impact kan bepaald worden met de SROI (Social Return on Investment) methode. Tijdens de Masterclass maatschappelijke impact leer je om deze methode te gebruiken en om de maatschappelijke impact van je innovatie te bepalen. Zelfs al in een vroeg stadium van de ontwikkeling van deze innovatie is de SROI methode te gebruiken.

De Masterclass wordt verzorgd door Pim Ketelaar, Maarten Ploeg en Stephanie Jansen en is een samenwerking tussen VitaValley en Roessingh Research and Development.

Alle nodige informatie is te vinden in onderstaande flyer of op onze website bij Masterclass SROI. Mochten er vragen zijn? Neem dan contact op met Stephanie Jansen!

FOTO ERIC BRINKHORST

Stephanie Jansen-Kosterink

E-mail: s.jansen@rrd.nl

Tel.: 088 087 5717

Studenten werken samen met een persoon met een hulpvraag

Geschreven door: Christiane Grünloh, Stephanie Jansen-Kosterink, Marian Hurmuz

 

Vijf groepen studenten vanuit de bacheloropleiding Creative Technology (CreaTe) van de Universiteit Twente (UT) hebben tijdens het vak Remote Care Nearby een creatieve oplossing bedacht voor een vraagstuk uit de revalidatiepraktijk!

 

Het vak Remote Care Nearby wordt al enige jaren door ons aangeboden. De onderzoekers Christiane Grünloh, Stephanie Jansen-Kosterink en Marian Hurmuz verzorgen het vak en begeleiden de studenten. Vanuit Roessingh, Centrum voor Revalidatie, zijn programmacoördinator innovatie Ina Flierman en revalidatiearts Reinout van Vliet betrokken. In april hebben de studenten het vak afgerond, waarbij ze tijdens het laatste college hun oplossing hebben gepitcht bij Roessingh.

Remote_care_Nearby1

De studenten hebben samengewerkt met (oud-)patiënten van Roessingh, die elk een praktische uitdaging mochten aandragen. De opdracht van de studenten was om samen met de patiënten deze uitdaging uit te diepen en te achterhalen wat het eigenlijke probleem achter deze uitdaging  is, om dan een oplossing te bedenken met hulp van technologie. Ook zijn er prototypes ontwikkeld, waarover de patiënten hun mening konden geven en die met patiënten werden getest. De uitkomsten van deze gebruikerstesten werden dan meegenomen in een nieuwe versie van een prototype.

 

Groep 1: De Blank-AID

Heel vervelend als je ’s nachts wakker wordt en het te warm hebt gekregen en niet zelf de deken wat naar beneden kan krijgen. Of wanneer het juist is afgekoeld en je steeds je partner moet wakker maken om je te helpen met de deken. Op de vraag “Hoe kan ik ervoor zorgen dat ik mijn partner niet hoef te vragen mijn deken in de nacht omhoog of naar beneden te trekken?” kwam deze groep met het volgende idee: er worden ringetjes aan het dekbedovertrek gemaakt, waar doorheen haken met touwen worden bevestigd. Deze zitten vast aan twee kleine motortjes, die de deken naar boven en onder kunnen verplaatsen. Omdat de arm-/handfunctie dermate verslechterd kan zijn, is er niet gekozen voor bediening met een knop, maar met een aanrakingssensor. Dit maakt het heel gebruiksvriendelijk voor vele beperkingen en aandoeningen.

Remote_care_Nearby2

De studenten hebben een video gemaakt van hun voortgang bij het ontwikkelen van bovenstaande prototype. Klik hier om deze video te zien!

 

Groep 2: Brei-De-Hand


Wanneer je arm-/handfunctie dermate verslechterd is, dat je je hobby breien niet meer kunt uitvoeren, neemt dat een stukje levensvreugde weg. De vraag van deze persoon was in het begin veel breder, namelijk “Het probleem waar ik tegenaan loop is dat ik mijn linker(onder)arm, en dan met name mijn linkerhand, maar heel beperkt kan gebruiken. Dat is af en toe lastig voor de balans (opvangen) en het beperkt me in bepaalde bezigheden die ik graag deed.” In gesprekken met de studenten, die de opdracht hadden het probleem goed te definiëren kwam eruit, dat haar vraag was: ‘Hoe kan ik mijn hobby breien blijven uitvoeren met een verslechterde arm-/handfunctie?’. De oplossing die de studenten bedachten was de Brei-De-Hand. Een band die om de bovenarm gaat, waar je de achterkant van de breinaald insteekt, zodat deze op de juiste plek blijft. Daarnaast een houten steuntje, die met 1 hand vastgemaakt kan worden, waarop het midden van de breinaald rust.

Remote_care_Nearby3

De persoon heeft het prototype al daadwerkelijk in gebruik en geniet enorm van het feit dat ze nu weer heerlijk kan breien:

“De afgelopen maanden had ik het geluk om deel te mogen nemen aan een project waarbij een groepje studenten van de UT een oplossing kon bedenken voor een probleem waar ik na mijn herseninfarct tegenaan liep. Uit de door mij aangegeven 'problemen' bedachten mijn studenten een oplossing voor het niet meer kunnen breien, één van mijn grootste hobby's. Het hele traject duurde 10 weken en ik vond het zó leuk! De studenten waren enthousiast, lief en het is gelukt: ik kan weer -met één hand- breien!! Ik vond het super leuk om mee te doen aan dit project en niet alleen omdat ik weer kan breien, ik zou het zo weer doen.”

 

De studenten waren ook erg tevreden dat ze een prototype hebben afgeleverd die ook gebruikt kan worden, zoals één van de studenten aangeeft:

“De afgelopen weken heb ik met 5 andere studenten van de Universiteit Twente aan een project gewerkt voor revalidatiecentrum Roessingh. Vanaf het begin waren wij al erg gemotiveerd om een oplossing te vinden voor het probleem dat aangedragen werd. Het was ontzettend fijn om met deze persoon samen te werken en te zien dat zij dit project ook zo leuk vindt. Na vele aanpassingen is het prototype op haar afgesteld en kan ze eindelijk weer breien! Deze uitkomst is beter dan wij als groep hadden durven hopen en het heeft ons erg veel voldoening gegeven om te zien dat we haar verder hebben kunnen helpen.”

 

Groep 3: Rehapp


Het mentale stuk is ontzettend belangrijk tijdens het revalideren. Deze persoon raakte erg gefrustreerd, omdat hij zelf dacht dat hij weinig vooruitgang boekte. Hij had geen goed beeld van zijn nieuwe normaal en kon hierbij niet vergelijken, zo zag hij niet hoe goed hij eigenlijk bezig was. Zijn vraag was daarom “Hoe kan ik meer inzicht krijgen in mijn progressie, zodat ik niet gedemotiveerd raak?”. De studenten kwamen met het idee van een app, waarin personen activiteiten kunnen aanmaken, zoals bijvoorbeeld 5 minuten wandelen. Steeds wanneer ze de activiteit uitvoeren, houden ze als een soort dagboek hun voortgang bij. Hierbij kunnen ze gebruik maken van tekst, media, maar ook emoji’s om hun stemming aan te geven. De app geeft middels een grafiek duidelijk weer hoe het verloop van de revalidatie gaat. Door dit te delen met vrienden en familie, kunnen zij ook het gesprek aan gaan wanneer het blijkt dat de persoon minder tevreden is of niet lekker in zijn vel zit.

Remote_care_Nearby4

Groep 4: Rolstoellift


“Hoe kan ik mijn dochter uit de rolstoel tillen en in de rolstoel zetten met een tillift, die ik mee kan nemen naar afspraken?”. Een goede vraag, want de huidige opvouwbare lift was zwaar, groot en onhandig. De studenten komen met een kleinere variant, van lichtgewicht materiaal, die veel meer vrijheid kan bieden. Met kleine wieltjes aan een extra voetsteun, die middels een adapter op allerlei rolstoelen toegepast kan worden, blijft de rolstoel goed in balans en wordt deze niet topzwaar. De lift kan maar liefst een gewicht van maximaal 150 kilo tillen en is daarmee ook geschikt voor volwassenen.

Remote_care_Nearby5
Remote_care_Nearby6

Groep 5: Hoep


Deze persoon met ALS fietst dagelijks nog ontzettend graag, zo’n 20 kilometer per dag in een aangepaste driewieler. Omdat met ALS de kracht in de spieren steeds verder afneemt, brengt dit ook steeds meer uitdagingen met zich mee. De vraag waar de studenten mee aan de slag zijn gegaan is “Hoe kan ik zelfstandig van mijn rolstoel op mijn driewieler komen?”. Hiervoor bedachten zij Hoep. Een soort halve hoepel, die in een rails aan het plafond bevestigd is. De persoon zet zijn rolstoel op de aangewezen plek. Hoep komt dan van boven over de persoon heen, waar hij enkel zijn armen over de hoepel bevestigd. Er wordt een rustmoment ingebouwd en daarna gaat het apparaat langzaam omhoog. De persoon kan vervolgens meestappen met de Hoep om zo op de gewenste plek uit te komen. Hiermee wordt de rollator vervangen, zodat er minder wordt gevraagd van de spierkracht in de armen. Zelfstandigheid is hierbij de belangrijkste factor.

Remote_care_Nearby7

Wij zijn erg trots op wat de studenten hebben geleerd tijdens Remote Care Nearby en natuurlijk ook op wat zij hebben opgeleverd. De samenwerking tussen studenten en een persoon met een hulpvraag heeft wat ons betreft, maar ook wat de studenten betreft, een grote meerwaarde voor het vak! Ben jij geïnteresseerd in het combineren van een studievak met de zorgpraktijk en zoek je hier hulp bij? Neem dan contact met ons op!

Christiane Grünloh
FOTO ERIC BRINKHORST
FOTO ERIC BRINKHORST

Christiane Grünloh

Email: c.grunloh@rrd.nl

Tel.: 088 087 5723

Stephanie Jansen-Kosterink

Email: s.jansen@rrd.nl

Tel.: 088 087 5717

Marian Hurmuz

Email: m.hurmuz@rrd.nl

Tel.: 088 087 5771

Workshop digitaal samenwerken met patiënten: waarden en digitale samenwerken via Telerevalidatie in het Roessingh

Geschreven door: Christiane Grünloh

 

In Maart 2021 zijn wij samen met collega’s van Stichting IKONE de volgende vragen na gegaan:

  • Wat is de waarde van digitaal samenwerken via Telerevalidatie in het Roessingh voor patiënt en zorgverlener?
  • Wat geeft professional en patiënt energie in dit proces van samenwerking?
  • Wat is er nodig om vertrouwen te hebben in het zelf aan de slag gaan met Telerevalidatie?

 

Waarom is dat belangrijk?

Al onze verhalen zijn gevuld met waarden. Waarden zijn opvattingen over wat wenselijk is. Waarden verwijzen naar wat belangrijk is voor mensen in hun leven. Ze zijn vaak onbesproken, maar toch zijn ze van groot belang in ons dagelijks handelen. Beslissingen zijn namelijk vaak gebaseerd op waarden. Soms bewust, soms onbewust.

Waarden zijn algemene criteria of principes die een houvast bieden bij:

  • het nemen van beslissingen;
  • het vaststellen van doelen;
  • het ondernemen van acties.

Als we technologieën ontwikkelen, spreken we vaak ervan hoe belangrijk het is dat we de gebruikers mee nemen, zodat we begrijpen wat hun behoeftes en eisen zijn. Maar, al dan niet opzettelijk, ondersteunt of belemmert technologie andere aspecten die iemand belangrijk vindt. Met andere woorden: technologie kan niet waarde-neutraal worden beschouwd.

Neem als voorbeeld een triagesysteem dat automatisch triagescores genereert, de zorgprofessionals de optie geeft om deze scores te overschrijven, maar ze verplicht het overschrijven te rechtvaardigen voordat ze verder gaan. Volgens onderzoek ontmoedigt dit professionals om deze functie te gebruiken, geeft hen het gevoel dat ze een fout maken, ondermijnt mogelijk hun vertrouwen en belemmert hen om hun professionele autoriteit uit te oefenen. Het is dus ook belangrijk om de waarden van mensen te identificeren, zodat we dit kunnen mee nemen in het ontwikkelen en de inzet van technologie.

Samen met zorgverleners, patiënten en onderzoekers van RRD gaf IKONE een workshop, waar we na een kennisronde ervaringsverhalen hoorden van een patiënt expert van IKONE en een patiënt van het Roessingh. Deze verhalen vormden de basis om te praten over waarden en wat patiënten en zorgverleners energie geeft, om samen te werken binnen telerevalidatie.

 

Verslag Waardendialoog Telerevalidatie

Ook is het al een aantal jaren geleden, zijn de uitkomsten belangrijk voor ons, daarom maken we deze hier graag ook een keer openbaar. Het verslag van IKONE is hier beschikbaar. De belangrijkste waarden zijn beneden toegelicht:

Efficiëntie en betrokkenheid
  • Je kan als patiënt ook sneller contact leggen met je zorgprofessional.
  • In de kinderrevalidatie wordt efficiëntie ervaren door het telerevalidatie portaal. Dit gaat zowel van ouder naar professional als van professional naar ouder. De ouders zenden een video van een kind in. Vaak doen zij dit al de volgende dag. Ook is het heel mooi om te zien dat ouders video’s van het kind kunnen zien. Ze zijn zo intensiever betrokken bij het kind.
  • Het gaat ook letterlijk veel sneller en prettiger. Soms kijken professionals video’s van elkaar. Dat is ook heel prettig. We zien van elkaar waar we mee bezig zijn met betrekking tot een bepaalde patiënt. Op basis daarvan kan je de doelen op elkaar afstemmen.
  • Je wordt meer een team, je werkt meer samen!
Zelfstandigheid en eigen regie
  • Mensen voelen zich zelfstandiger door het gebruik van het portaal. Je kan op je eigen tijd en plaats actief zijn met het portaal. Een uitspraak die daarbij past is: ‘Eindelijk kan ik zelf weer aan de slag’. Het gaat niet alleen om het contact met de zorgverlener.
  • Ook wordt heel veel informatie toegankelijk voor de patiënt. Dat voelt ook ‘zelfstandiger’. Je kan weer je eigen regie pakken. Daardoor kan je je bijvoorbeeld beter op het gesprek met de zorgverlener voorbereiden. Of je kan bijvoorbeeld je eigen medische data terugkijken. Hoe ging het bijvoorbeeld de vorige keer met mijn fysieke gezondheid?

 

Wil je hier meer over lezen? Of lezen wat vertrouwen geeft om de benoemde waarden tot uiting te kunnen laten komen binnen de samenwerking? Klik dan hier om verder te lezen.

We willen IKONE, de patiënten en de zorgverleners bedanken voor hun tijd en hun vertrouwen om hun verhalen en waarden met ons te delen.

 

Waarden in zorg en technologie

Heb je opmerkingen of ideeën rondom waarden in de zorg en technologie: Neem dan vooral contact op met Christiane Grünloh, senior onderzoeker bij RRD, die zich bezig houdt met waardegevoelig eHealth-ontwerp.

Christiane Grünloh

Christiane Grünloh

E-mail: c.grunloh@rrd.nl

Tel.: 088 087 5723

Pharaon: Enkele voorlopige conclucies van AdSysCo en Christiane Grünloh

Vorig jaar is Christiane Grünloh geïnterviewd door Dirk Winkel, Manager Marketing, Communication & Sales bij AdSysCo om te praten over het Pharaon project. Hieronder vind je een repost van dit interview (https://adsysco.nl/pharaon-enkele-voorlopige-conclusies/).

 

Begin 2020 startte, op initiatief van de Europese Commissie, het Pharaon-programma. Pharaon had als doel te onderzoeken in hoeverre digitale technologieën het leven van ouderen kunnen ondersteunen. In Pharaon participeert AdSysCo met het RegiCare-klantportaal. Een hogere kwaliteit van leven met digitale vondsten, daar gaat het om.

Het Pharaon-onderzoek wordt in de loop van 2024 afgerond. Het is dus te vroeg voor eindconclusies, maar enkele voorlopige conclusies zijn er wel. Dat blijkt uit een gesprek dat we hadden met Dr. Christiane Grünloh, senior onderzoeker bij RRD en verantwoordelijk voor een goed verloop van de zes Pharaon-pilots. Christiane is reeds lange tijd bezig met het onderzoek naar de acceptatie van technologische oplossingen in de zorg. 

In de pilots worden allerlei verschillende technologieën uitgeprobeerd variërend van sensoren die de veiligheid van mensen in de gaten houden tot verschillende vormen van beeldbellen via de TV. In sommige zorgorganisaties worden robots getest. In Nederland ligt het accent op de sociale contacten rondom de uitjes van de PlusBussen van het Nationaal Ouderenfonds. Het RegiCare-klantportaal ondersteunt deze sociale activiteiten met digitaal contact. 

Net nadat Pharaon was gestart barstte de pandemie uit. “Dit risico was in geen enkel projectplan voorzien”, aldus Christiane, “Door de nieuwe maatregelen was de doelgroep, (kwetsbare) ouderen, in alle landen vrijwel direct onbereikbaar voor onze onderzoekers, tenminste fysiek, terwijl het onderzoek juist veel interactie met de doelgroep vereist.”  Uitstel was geen optie voor de EU, iedereen had zich immers gecommitteerd aan het programma. Daarnaast gaat het bij Pharaon ook om informatie en communicatie technologie, dus onderzoekers en ontwerpers zijn ook creatief om andere mogelijkheden te verkennen om met mensen in contact te komen.

De kick-off meeting was nog wel live in Pisa, maar daarna speelde Pharaon zich twee jaar lang af tussen saaie beeldschermen. De werving van ouderen voor het onderzoek kwam wegens de pandemie moeizaam op gang. Al met al moet het Pharaon-onderzoek het doen met een beperkt aantal deelnemers en dat geldt voor alle pilots. Voor het kwantitatieve onderzoek geeft dit een uitdaging, waardoor ook meer ingezet is op kwalitatief onderzoek zoals interviews. “Natuurlijk is het vervelend, als we minder deelnemers hebben dan in het onderzoeksvoorstel beloofd. Maar dit is ook weer een kans om in de diepte te gaan. Waarom doen mensen wel of niet mee? Waar lopen ze tegen aan in hun dagelijks leven als ze met technologie moeten beginnen. Deze inzichten zijn super belangrijk”, zegt Christiane hierover.

 

Ontwikkeling voor en met gebruikers

Mensen in de zorg en in welzijnswerk hadden ook heel veel werkdruk tijdens de pandemie en nauwelijks extra capaciteiten ter beschikking. Naast de pandemie speelde ook de twijfels tegen het gebruik van technologieën op veel plaatsen parten. “Ik ken het niet”, “het werkt niet”, “ik snap het niet” en “wat heb ik eraan?”. Alle argumenten om een oplossing niet te gebruiken zijn in Pharaon langsgekomen en ze waren allemaal terecht. 

Technologie kan de zorg verbeteren en ook nog efficiënter en goedkoper maken, zo weet Christiane, maar dan moet het wel worden ontwikkeld voor en met de gebruikers om met hun behoeften rekenen te houden en daar zit ‘m vaak de crux. “Ik ken het niet”, “het werkt niet”, “ik snap het niet” en “wat heb ik eraan?” is alom bekend. Een nauwe betrokkenheid van de eindgebruiker bij het ontwerp en het stap voor stap bouwen en testen van een digitale oplossing voor zorg en welzijn is noodzakelijk om deze problemen te reduceren. “Als we technologie samen met de doelgroep ontwikkelen en daarmee zorgen dat het echt aansluit bij de behoefte en waarden van gebruikers, kunnen we de acceptatie vergroten, het gebruik stimuleren en uiteindelijk effect en impact hebben”, zo heeft Christiane inmiddels geleerd uit haar vele onderzoek.

 

Ontwikkeling van RegiCare

AdSysCo herkent dit goed. Nieuwe ontwikkelingen in de RegiCare-suite, zoals de mobiele toepassingen en het klantportaal, worden voor en met gebruikers ontwikkeld. Dat geldt ook voor de implementatie: actieve betrokkenheid en eigenaarschap van gebruikers is een belangrijke succesfactor. Een mooie oplossing met veel functionaliteit zomaar beschikbaar stellen zonder de eindgebruiker actief te betrekken in het hoe, het wat en het waarom schiet haar doel voorbij. “Niet de technische oplossing maar de gebruikerservaring bepaalt het succes” zegt Christiane. “Het kost wel meer tijd, maar wil je een goedkope oplossing die niet werkt of een wat duurdere oplossing die wel werkt?”, zegt zij met een knipoog.

Zodra het onderzoek is afgerond, zal er een vervolggesprek komen tussen AdSysCo en Christiane.

Het belang van focusgroepen

Geschreven door: Eline te Braake

Het houden van focusgroepen is een veelvoorkomende methode in kwalitatief onderzoek. Het is een goede manier om bepaalde meningen, vraagstukken, en beweegredenen van mensen te achterhalen. Dat laatste, beweegredenen, is vaak iets wat voortkomt uit de dialogen die niet alleen de onderzoeker met de mensen in een focusgroep heeft, maar wat ook natuurlijk voortvloeit uit de interactie tussen de deelnemers in de groep. Zo kan een focusgroep heel mooi resulteren in het achterhalen van ‘de vraag achter de vraag’. Datgene, wat volgens ons, centraal zou moeten staan bij het uitvoeren van elke focusgroep. Maar dit is iets wat niet altijd het geval is.
 

Het simpelweg ‘doorlezen’ van focusgroepen

Aangezien we in de onderzoekswereld momenteel platgegooid worden met het woord ‘focusgroep’, verliezen we een beetje de daadwerkelijke essentie ervan. Wat in de praktijk namelijk vaak gebeurd is dat er een lijst met een aantal vooropgestelde vragen simpelweg ‘doorgelezen’ wordt. Je kan je afvragen wat de toegevoegde waarde is van het houden van zo een dergelijke focusgroep, als dezelfde vragen beantwoord hadden kunnen worden in een vragenlijst. Bovendien nemen mensen de moeite om tijd vrij te maken en komen ze met een intentie om hun mening te delen: zich gehoord te voelen. Hier moet, tijdens een focusgroep, dan ook genoeg tijd en ruimte voor zijn. Waarom zouden we mensen belasten met een focusgroep, als wij exact dezelfde vragen in een vragenlijst hadden kunnen voegen die zij gewoon vanuit hun huis en in hun eigen tijd hadden kunnen invullen? Het is dus de taak van de onderzoeker om goed te reflecteren of een focusgroep daadwerkelijk de meest geschikte methode is om de voorgestelde onderzoeksvraag te beantwoorden. 

 

De daadwerkelijke toegevoegde waarde

Maar wat is dan eigenlijk wel het belang van deze focusgroepen? Wat kunnen we eruit halen en waar zit de toegevoegde waarde? In onze optiek, is het mooie van focusgroepen dat je de tijd neemt om samen te zitten, stil te staan bij wat er nu echt nodig is, en te weten te komen waar het huidige knelpunt nu echt ligt. Iets wat je ondanks de voorop vastgestelde protocollen niet écht kan vastleggen of kan plannen. Iets wat ook niet altijd geheel vanzelfsprekend naar voren komt tijdens een focusgroep. Het is dan ook aan de onderzoeker om een veilige omgeving te creëren, ruimte te geven voor de dialoog in de groep, aanknopingspunten te vinden in de gesprekken die gevoerd worden en door te vragen op datgene wat belangrijk is voor de deelnemers. Alleen zo kan een focusgroep tot nieuwe inzichten leiden die niet met andere methodes gevangen hadden kunnen worden.

 

Gebruik maken van de dynamiek in de groep

Daarnaast onderscheidt een focusgroep zich ook met andere methodes doordat het in een groep wordt gehouden. Dit zorgt er aan de ene kant voor dat de onderzoeker ook rekening moet houden met de dynamiek in de groep. Dit betekent dat iedereen zich op zijn gemak moet voelen, zich gehoord moet voelen en iedereen de kans moet krijgen om te spreken. Aan de andere kant, kan er op een positieve manier gebruik gemaakt worden van deze dynamiek. Deelnemers leren van elkaar, herkennen zich in de situatie van een ander, helpen elkaar als er iets niet begrepen wordt, en zetten elkaar aan het denken. Hierdoor ontstaan er dan ook vaak nieuwe inzichten die met en door elkaar zijn verkregen.

Er valt dus zo veel uit een focusgroep te halen die met andere methodes moeilijker te bereiken zijn. Het klopt dat het organiseren en uitvoeren van een goede focusgroep veel tijd vergt, maar wanneer goed uitgevoerd, geeft het zo veel meer betekenis aan de onderwerpen die er, volgens de deelnemers, echt toe doen!

 

Wilt u ook een focusgroep opzetten maar heeft u hulp nodig? Neem dan contact met ons op voor de mogelijkheden!

Eline te Braake

Eline te Braake

E-mail: e.tebraake@rrd.nl

Tel.: 088 087 5734

 

De start van TREAT: Het transformeren van gezondheidszorg door semantische interoperabiliteit en zelfeffectiviteit van de patiënt

Geschreven door: Erik Prinsen

We zijn trots om partner te zijn in het onlangs gestarte ITEA-project TREAT. Het TREAT-project heeft als doel de zelfeffectiviteit van patiënten met chronische aandoeningen, waaronder diabetes, hartziekten en osteoartritis, te vergroten door gegevens te integreren van draagbare sensoren, dagboeken en medische dossiers. Daardoor streven we ernaar om de toegang tot gezondheidszorg te verplaatsen van de kliniek naar het dagelijks leven van de patiënt. Daarnaast streven we ernaar de gezondheidsmanagementvaardigheden van de patiënt te verbeteren. Het project zal nieuwe draagbare sensoren en software ontwikkelen om de zelfeffectiviteit van patiënten te verbeteren en tegelijkertijd de klinische effectiviteit te vergroten.

Binnen ITEA-projecten bestaan nationale use cases die samenwerken onder een gemeenschappelijk kader. De Nederlandse use case zal zich richten op de ontwikkeling van een sensor- en feedbacksysteem voor individuen met diabetes mellitus die ook lijden aan osteoartritis. Dit systeem zal zich richten op het stimuleren van gezond bewegingsgedrag bij de doelgroep. RRD is verantwoordelijk voor het betrekken van eindgebruikers, het definiëren van de patiëntenreis en het evalueren van het ontwikkelde systeem.

Na een fantastische startbijeenkomst in Canmore, Canada, en de nationale start in de prachtige stad Den Bosch, zijn we klaar om de gezondheidszorg voor mensen met diabetes mellitus en osteoartritis te verbeteren!

Geïnteresseerd om meer te lezen over dit project? Lees verder op de website: ITEA 4 · Project · 22022 TREAT

 

FOTO ERIC BRINKHORST
20240327 TREAT
Erik Prinsen

Erik Prinsen

E-mail: e.prinsen@rrd.nl

Tel.: 088 087 5761

 

Het schrijven van een nieuw projectvoorstel: de doelgroep betrekken voordat je begint

Geschreven door: Eline te Braake en Marian Hurmuz

Bij het schrijven van een nieuw projectvoorstel worden de eindgebruikers vaak niet meegenomen. Dit kan komen door verschillende redenen, bijvoorbeeld door tijdsdruk, procedures of geen toegang hebben tot de eindgebruikers. Als gevolg hiervan wordt het projectvoorstel vaak alleen door onderzoekers geschreven en geven zij ook veelal vorm aan de beoogde doelen van het project. De eindgebruiker wordt dan pas betrokken wanneer het project is goedgekeurd. Een nadeel van het betrekken van eindgebruikers in een later stadium, is dat het beoogde doel van het projectvoorstel helemaal niet zo passend blijkt te zijn bij waar mensen echt behoefte aan hebben. Om dit probleem te proberen voorkomen, en dus beter bij de behoeftes van eindgebruikers aan te sluiten, hebben wij bij RRD vorige week juist input verzameld van eindgebruikers vóór het schrijven van het projectvoorstel. In dit nieuwsbericht vertellen wij wat dit ons heeft gebracht.

 

Opzet bijeenkomst

Met twee onderzoekers en leden van het panel hebben we een eerste stap gemaakt naar deze 'nieuwe' manier van werken. Op 15 februari zijn zij bijeengekomen en vond er een focusgroep plaats over het therapietrouw zijn bij het innemen van medicatie. Het doel van de focusgroep was het achterhalen wat de bevorderende en belemmerende factoren zijn om therapietrouw te zijn. Tijdens de bijeenkomst gingen wij de volgende 6 hoofdcategorieën langs:

  • Patiëntgerelateerde factoren
  • Ziektegerelateerde factoren
  • Behandelingsgerelateerde factoren
  • Zorg- en zorgsysteemsgerelateerde factoren
  • Sociale en culturele factoren
  • Logistieke en financiële factoren

Voor elke categorie, kregen de leden van het panel de tijd om hun ervaringen op te schrijven en te delen met de groep. Naast deze categorieën, was er aan het eind ook nog een optie om overige factoren te benoemen die zij als bevorderend of belemmerend ervaren, maar niet onder één van de vorige categorieën paste.

 

Resultaten bijeenkomst

Tijdens de bijeenkomst heeft de groep met elkaar kunnen discussiëren over de verschillende factoren die benoemd werden. Gedurende de discussie merkten wij dat veel factoren bij meerdere categorieën terugkwamen. Een vaak terugkomende factor die belemmerend werkt om de medicatie therapietrouw in te nemen was kosten. De voorbeelden die hierbij genoemd werden waren:

  • Kosten voor medicatie uitleg bij de apotheek
  • Kosten voor het typen van een etiket (dat duurder is dat de medicatie zelf)
  • Parkeerkosten voor het ophalen van de medicatie bij de apotheek
  • Eigen risico die betaald moet worden

Andere voorbeelden van belemmeringen die zij ervaren waren de verschillende innametijden van de medicatie, de beperkte verkrijgbaarheid en hiermee vaak ook de lange levertijd van een medicijn bij de apotheek. Wat betreft de innametijden, gaat het vooral om de inname voor/tijdens/na een maaltijd. Deze maaltijden vinden niet altijd op hetzelfde tijdstip plaats. Sommige medicatie mag je echt pas na 24 uur innemen waardoor er vaak niet genoeg tijd zit tussen het nemen van de medicijnen.

Naast deze belemmeringen, konden de leden ook factoren bespreken die bevorderen om de medicatie therapietrouw in te nemen. Van deze factoren zijn er wel wat minder genoemd, maar deze aspecten waren allemaal heel relevant, bijvoorbeeld:

  • Het ontvangen van voldoende informatie over de medicatie
  • Het goed contact hebben met de artsen en een goede communicatie tussen de artsen
  • Het innemen van een medicatie waarbij je zelf het effect merkt

 

Ben je benieuwd naar het gehele overzicht van de factoren? Klik hier om deze te openen.

 

Zo’n soort bijeenkomst was een erg leuke en leerzame manier van werken en we zijn hierdoor veel te weten gekomen over hoe de doelgroep aankijkt tegen de beïnvloedende factoren bij het therapietrouw zijn van medicatiegebruik. Door deze ‘nieuwe’ aanpak kunnen wij de wensen van de doelgroep meenemen in het projectvoorstel om zo beter aan te kunnen sluiten bij de behoeftes van de doelgroep. Wil jij ook een focusgroep houden om de behoeftes van de doelgroep in kaart te brengen voor het schrijven van een projectvoorstel? Neem dan contact met ons op voor de mogelijkheden!

 

Eline te Braake
FOTO ERIC BRINKHORST

Eline te Braake

E-mail: e.tebraake@rrd.nl

Tel.: 088 087 5734

 

Marian Hurmuz

E-mail: m.hurmuz@rrd.nl

Tel.: 088 087 5771

 

  • LINKEDIN

 © Copyright - Roessingh Research and Development